Als het van de Vlaamse overheid afhangt, is de tijd dat een gesloten jeugdinstelling aanvoelde als een gevangenis definitief voorbij. Dat dit geen loze woorden zijn, blijkt uit de make-over van De Grubbe in Everberg. De voormalige legerkazerne maakte plaats voor drie nieuwbouwvolumes, waardoor de capaciteit van het complex kon worden opgetrokken van veertig naar negentig plaatsen. Bovendien wordt het karakteristieke landhuis op de site omgevormd tot een eigen schoolgebouw. Huiselijkheid is de rode draad in de fraaie architectuur en dito interieurafwerking.
De Grubbe is een van de drie gemeenschapsinstellingen voor jongeren in Vlaanderen. Vermits er vanaf maart 2023 enkel nog daders of verdachten van een jeugddelict zullen worden opgevangen – een besluit dat kadert in het nieuwe jeugddelinquentiedecreet – zal de instelling zich verder ontwikkelen tot een oriëntatiecentrum waar jongeren tijdelijk verblijven en intensieve ondersteuning krijgen van een multidisciplinair team. De nadruk ligt op re-integratie in de maatschappij, wat zich ook vertaalt in de architectuur van het vernieuwde complex.
“Toen we in 2010 de ontwerpwedstrijd van de Regie der Gebouwen wonnen, was jeugddelinquentie nog federale materie en werd De Grubbe beschouwd als een penitentiaire instelling”, vertelt projectarchitect Thomas Goossens. “Kort nadien werd deze bevoegdheid overgeheveld naar gewestelijk niveau, waardoor we het programma moesten herwerken. Daarbij namen we niet enkel de bebouwing, maar de volledige site onder de loep. Dit resulteerde in een masterplan dat gefaseerd is uitgevoerd, omdat de instelling continu in gebruik moest blijven.”
De vernieuwing van De Grubbe vond plaats in vier fases. Tussen 2014 en 2017 lag de focus op de realisatie van ‘gebouw P’, een polyvalent onthaalgebouw met administratieve kantoorruimtes, een bezoekerszaal, een sporthal en fitnessruimte, een dokterskabinet, verschillende leslokalen en een lerarenkamer. Vervolgens zijn de bestaande leefgroepgebouwen, die in het verleden fungeerden als legerkazerne, een voor een gesloopt en vervangen door twee nieuwbouwvolumes: ‘gebouw A’ (2017-2020) en ‘gebouw B’ (2020-2022). “Deze herbergen respectievelijk vijf en vier leefgroepen van telkens tien personen en twee begeleiders”, legt Goossens uit. “Centraal in die leefgroepen bevindt zich een open keuken met een zitruimte die aansluit op een afgescheiden terras. Naast individuele slaapkamers met eigen sanitair is er ook sprake van een polyvalente ruimte met ontspanningsmogelijkheden, een overleglokaal dat extra privacy biedt, een wasruimte, een berging en een centraal staflokaal van waaruit het personeel de leefgroepen vlot kan bereiken. Het tweede leefgroepgebouw is net opgeleverd en intussen wordt ook al de laatste hand gelegd aan fase 4: de herbestemming van het oude landhuis op de site, oftewel ‘gebouw V’. Deze statige villa dateert uit 1907 en wordt omgevormd tot een schoolgebouw. Op de beschermde buitengevels na werd het landhuis integraal gestript en heropgebouwd.”
Voor assar architects was dit bijzondere project een erg uitdagende klus, geeft Goossens aan. “Het werd gekenmerkt door een moeilijke evenwichtsoefening tussen strikte veiligheidseisen (lees: jongeren tegen zichzelf en anderen beschermen) en een huiselijke look-and-feel. De leefomgeving mocht immers niet als een gevangenis aanvoelen. We zijn op zoek gegaan naar manieren om de klassieke kille uitstraling van dergelijke instellingen – stalen deuren, inox sanitair, … – te counteren met warme, kleurrijke materialen en accenten. Zo hebben we samen met Eribel erg veel aandacht besteed aan de uitwerking van het binnenschrijnwerk om de noodzakelijke veiligheidsvoorzieningen naadloos te kunnen verwerken in de verfijnde deurgehelen. Een andere exponent hiervan zijn de verticale padoekbalken die de terrassen omzomen. Deze zorgen voor een efficiënte afscherming en beveiliging zonder een gevoel van beslotenheid te creëren. Ook de grote raampartijen dragen daar uiteraard aan bij. Daarnaast hebben onze interieurarchitecten een basiskleurenpalet samengesteld om een frisse, jeugdige binnenafwerking na te streven. In de kamers vormen de gele gietvloer en donkerhouten bedgehelen een perfect tegenwicht voor de robuuste zichtbetonwanden. Voorts kreeg elke leefgroep een eigen accentkleur, die telkens terugkeert in de deurkaders, de keuken, de wandafwerking, …”
Ook de buitenruimte is doordacht ontworpen in functie van het welzijn van de bewoners, in nauwe samenwerking met de landschapsarchitecten van OMGEVING. “Het kwam er eerst en vooral op aan om voldoende plaats te voorzien voor activiteiten: sportinfrastructuur, een loopparcours, fit-o-meter-toestellen, … Daarnaast was het de bedoeling om het glooiende, groene karakter van de omgeving door te trekken op de site. Vandaar dat we qua architectuur geopteerd hebben voor een uitgesproken horizontaliteit, ook om het aanpalende landhuis niet in de schaduw te zetten”, aldus Goossens. “Tot slot is er een ingenieus netwerk van paden aangelegd om de circulatiestromen op de site gescheiden te houden, zodat de verschillende leefgroepen niet met elkaar in contact komen en afzonderlijk bereikbaar zijn.”
Ook qua duurzaamheid lag het ambitieniveau behoorlijk hoog: een BEO-veld, PV-panelen op de daken, regenwaterrecuperatie, plaatselijke regenwaterinfiltratie dankzij een netwerk van wadi’s, … Kortom: er is niets aan het toeval overgelaten en het resultaat is navenant. “Nu ook de renovatie van de villa haar einde nadert, kunnen we stilaan een punt zetten achter dit uitdagende, maar boeiende project. We zijn blij dat we De Grubbe mee hebben kunnen opwaarderen tot een ware referentie op het vlak van moderne jeugdzorg!”