In de speciale congreslocatie Supernova van de Jaarbeurs Utrecht was het na twee coronajaren eindelijk weer tijd voor een nieuwe live-editie van Totaal OK, met als doelgroep stakeholders in de bouw, de exploitatie en het gebruik van de OK. Het programma van 2022 richtte zich op keuzes en ervaringen van gebruikers; ontwerp/inrichting, praktisch en medisch gebruik, richtlijnen en beheer van nieuwe, integrale OK-concepten kregen op 15 september jl. vanuit meerdere invalshoeken aandacht. Veiligheid was het sleutelwoord van de congresdag.
Er is veel veranderd in de opzet van OK’s de afgelopen decennia. Innovaties als hybride OK’s met beeldvormende technieken, nieuwe luchtbehandelingssystemen en een verscherpte regelgeving hebben geleid tot een continue stroom aan OK-renovaties in ziekenhuisland. Het heeft vooral geleid tot ruimere OK-centra, mede omdat de hoeveelheid apparatuur toeneemt.
De pre-corona-edities van Totaal OK hadden uitgebreid aandacht voor deze ontwikkelingen. De editie 2022 focuste vooral op veiligheid, infectiepreventie, verduurzaming en comfort – de essentiële output van investeringen in OK-kwaliteit. Een achttal sprekers uit verschillende hoeken, van adviseurs en chirurgen tot wetenschappers – soms zelfs in meerdere rollen, passeerde de revue. De dag werd afgetrapt met een tweetal lezingen over (lucht)kwaliteit, allereerst van Stefan van Heumen van TNO Delft. Zijn belangrijkste opmerking was dat er zeven verschillende richtlijnen zijn voor de bouw, inrichting en het gebruik van de OK. Het onderwerp werd verengt tot deeltjesmeting in de praktijk van het Eindhovense Catharina Ziekenhuis. Luchtkwaliteitsdeskundige Johan Laurensse testte de OK’s van het ziekenhuis met het oog op de nieuwe richtlijn RL8. In de meeste OK’s is sprake van twee soorten luchtkwaliteit: in het plenumgebied en in de periferie. Steeds meer zijn systemen in omloop die een gelijke luchtkwaliteit genereren, zoals het Opragon-systeem. Hoe voorkom je bijvoorbeeld dat luchtdeeltjes uit de periferie het wondgebied bereiken? Een belangrijke conclusie van Laurensse is dat met simpele oplossingen als rustig bewegen door de OK veel te winnen valt.
Een breder stuk veiligheid werd belicht door traumachirurg en hoogleraar Maarten van der Elst. Hij benoemde allereerst 1.500 overlijdensgevallen per jaar in ziekenhuizen door ‘vermijdbaar gedrag’. In respectievelijk het Reinier de Graaf Gasthuis en de TU Delft wordt hard gewerkt aan patiëntveiligheid, met de introductie en tests van innovatieve systemen. Zo wordt een deel van het instrumentarium in de Delftse OK’s gevolgd met behulp van sensoren, zodat het kwijtraken ervan kan worden voorkomen. Verstrekkender is het DORA-project in samenwerking met de TU Delft. DORA (Digital Operating Room Assistant) is speciale software op basis van een checklist. Als vinkjes op rood staan kan er niet geopereerd worden; het acute probleem dient eerst te worden opgelost. Dit kan verschillen van een openstaande deur tot een ontbrekend instrument.
Een ander aandachtspunt is het thermisch comfort in de OK. Marcel Loomans van de TU/e onderzocht de temperatuurbeleving van het OK-personeel, met als belangrijkste bevindingen dat een koudesensatie aan armen en hoofd de belangrijkste negatieve beleving geeft. De anesthesist ervaart de meeste klachten; de chirurg de minste. Er zijn geen grote onderzoekverschillen tussen de afzonderlijke typen luchtbehandelingssystemen.
Als anesthesioloog van het UMC Amsterdam/AMC vraagt Niek Sperna Weiland aandacht voor de CO2-footprint van OK’s. Die is te hoog. Sperna Weiland benoemt drie aandachtsgebieden: medische gassen, energieverbruik en materiaal. Op alle vlakken is grote winst te boeken. “Anesthesiegassen zijn sterke broeikasgassen die niet worden afgebroken door het lichaam en worden uitgeademd. Met hetzelfde effect als Desflurane kan met Propofol een tientallen malen lagere CO2-uitstoot worden bereikt.” Wat energieverbruik betreft: “De luchtbehandeling is verantwoordelijk voor 90%, dus nacht- of uitstand kan veel energie en geld schelen.” Met reductie van materiaalgebruik kan ook veel winst worden geboekt, vooral als het gaat om het opgebruiken van aangebroken verpakkingen.
Terug naar de praktijk. Koen Defoort van de Sint Maartenskliniek in Nijmegen maakte een grote OK-renovatie mee als direct betrokkene. Het gaf de orthopedisch chirurg van de gespecialiseerde kliniek de kans om de OK-kwaliteit in bouw, inrichting en gebruiksprocessen te optimaliseren. “Infectiepreventie heeft in de orthopedie de hoogste prioriteit, omdat er een wereldwijde hausse in infecties na operaties plaatsheeft – met name als het gaat om protheses. Revisie en nabehandeling legt een enorme druk op de productie.” In het kader van infectiepreventie is het gebruik van no-touch schakelaars voor het openen van deuren en het inschakelen van apparatuur een belangrijke stap. De praktijk van de chirurg vatte de dag goed samen: mensgericht handelen kan veel uitmaken in de kwaliteit van de behandeling, zoals het simpel houden van checklists om domweg afvinken te voorkomen. Ook het als prettig ervaren van de werkruimte kan het verschil maken (ruime, ergonomische OK’s met daglichttoetreding). Defoort pleit daarnaast voor een focus op eenduidige registratie, bijvoorbeeld door het vervatten van het operatieverslag in het epd van de patiënt.
Lezingen over deelaspecten als het gebruik van het elektrisch chirurgisch mes en de robotisering van de OK sloten de dag af. Prof. Dr. Maarten Steinbuch (TU/e en co-founder Eindhoven Medical Robotics) werkt niet alleen aan chirurgische robots, hij vertolkt een visie die veel breder is. Het is nu al zo dat een operatie op afstand kan worden uitgevoerd door een behandelend arts met behulp van de Da Vinci-operatierobot (minimale invasie). De arbeidstechnische aspecten van behandeling zitten slechts in de beginfase, zegt Steinbuch.In de nabije toekomst is het mogelijk een chirurg later met pensioen te laten gaan, omdat operaties steeds minder intensief en tijdrovend worden. Wordt ongetwijfeld vervolgd tijdens een volgende editie van Totaal OK.
Cleanroom Combination Group was op deze editie van Totaal OK aanwezig met een nieuwe stand. Deze toonde de nieuwe Hybride OK 1 van OLVG-Oost Amsterdam, een fantastisch project waar CCG enorm trots op is.
Tijdens het congres zijn er veel interessante gesprekken gevoerd, inspirerende lezingen bijgewoond en is er genoten van een prettig programma en een dynamische dag.
Michiel van Kooten (COO) vertelde dat Cleanroom Combination Group op dit moment de MRI-OK van het Wilhelmina Kinderziekenhuis Utrecht en de OK-complexen van het Wilhelmina Ziekenhuis Assen, OLVG-Oost Amsterdam en UMC Groningen, als ook 4 endo-OK’s van Amsterdam UMC (locatie VUmc) aan het bouwen is en/of gaat bouwen. Mooie opdrachten voor CCG als specialist op OK-gebied.
De Medicare EI1 is het eerste hermetisch sluitende schuifdeursysteem dat de hoogste EI1 normering heeft behaald conform de EN 1634-1, de Europese norm voor brandwerendheid op deuren. Om te voldoen aan deze norm, wordt getest of de deur de vlammen tegen kan houden (E), niet teveel stijgt in temperatuur (I) en of de deur niet teveel warmtestraling afgeeft (W).
Naast brandwerendheid is ook rookwerendheid van groot belang. De Metaflex Medicare EI1 deuren zijn behalve op brandwerendheid ook succesvol getest op rookwerendheid en gecertificeerd conform de EN 1634-3, de Europese norm voor rookwerendheid op deuren. De rookdoorlatendheid wordt geclassificeerd volgens de Sa en S200 waarde.
Bij het openen en sluiten van de Medicare EI1 schuifdeur ontstaat nagenoeg geen luchtverplaatsing. Tevens heeft dit deursysteem de hoogste luchtdichtheidsclassificatie D (4) volgens EN 1026/12207 behaald. Het unieke sluitsysteem zorgt ervoor dat de deur ook bij grote onder- of overdruk binnen de gestelde toleranties luchtdicht blijft afgesloten.
Deze deur is zeer geschikt voor ruimtes waar brandveiligheid belangrijk is, zoals operatiekamers, intensieve zorg, röntgenkamers, apotheken en spoedeisende hulp.
Tijdens het OK Totaal congres lag de nadruk op ‘hygiëne’. Hoe kunnen we (beter) beheren, controleren en registreren? De nieuwe drukmonitoring interface – het CPS 6000 systeem – van CaTeC is hiertoe voorzien van een glazen display, voor de drukbewaking op de operatie- en patiëntenkamers. Het nieuwe display met glasplaat is door het nieuwe design veel beter te reinigen.
Velen zullen het display herkennen, omdat het product reeds in hun ziekenhuis wordt toegepast. De vernieuwde versie en gebruiksvriendelijke menustructuur zijn nog verder geoptimaliseerd! Belangrijk zijn ook het beheer, de controle en de vastlegging van de actuele klimaatparameters. Voor de controle en validatie heeft CaTeC de vernieuwde handmeters TSI96xx gepresenteerd. Kenmerken zijn een kleurendisplay, een verbeterde menustructuur en een robuust en betrouwbaar systeem door toepassing van keramische flowelementen. Een ergonomische handgreep garandeert een optimaal gebruik.
De producten zijn ontworpen voor toepassing in ziekenhuizen en op operatiekamers, met aandacht voor een betere hygiëne, validatie, nauwkeurigheid, betrouwbaarheid en eenvoud in gebruik.