Platform over bouw en ontwikkeling in de zorg in Vlaanderen en Nederland
ZORG.tech bijt zich door pandemie
Staf Leën (63 jaar) Industrieel ingenieur, KIHA, Hoboken, Technisch directeur WZC Sint-Jozef, Rillaar, Bestuurslid ZORG.tech.

ZORG.tech bijt zich door pandemie

De COVID-19-pandemie was erg ingrijpend voor zowat iedereen, maar in het bijzonder voor de leden van ZORG.tech, de Vlaamse sectororganisatie van technische diensthoofden van verzorgingsinstellingen. Niet alleen moesten zij in eigen huis en met aanvankelijk beperkte middelen verregaande maatregelen nemen, ze zagen zich ook verplicht de activiteiten van hun organisatie over een totaal andere boeg te gooien. Erg pijnlijk was dat ze hun jaarlijkse congres, dat eerst slechts werd uitgesteld, moesten afgelasten.

“Aanvankelijk zou dit congres plaatsvinden in mei 2020. We hebben het eerst nog verschoven naar oktober 2020, maar in augustus werd duidelijk dat er nog meerdere golven zouden kunnen plaatsvinden”, leggen bestuursleden Marc Jackmaert en Staf Leën uit. “Stilaan werd duidelijk dat de eerste vaccins pas in maart of april 2021 beschikbaar zouden zijn. In augustus hebben we daarom veiligheidshalve besloten om ons congres ineens naar 2 december 2021 te verplaatsen. Zo hopen we nieuwe onaangename verrassingen te voorkomen. Overigens hebben ook onze Nederlandse collega’s van NVTG hun congres afgelast. Ook onze internationale koepel, de International Federation of Health Engineering (IFHE), heeft haar geplande activiteiten opgeschort of afgelast.”

Het is de bedoeling om het ZORG.tech congresprogramma te behouden. “In principe blijven de sprekers en de onderwerpen die ze behandelen dezelfde”, aldus Jackmaert. “Het wegvallen van het congres betekent een beperkt financieel verlies. Daarnaast moeten we nadenken om toekomstige congressen coronaproof te organiseren.”

Online alternatieven

Het stimuleren van contacten tussen leden en interne en externe netwerking behoren tot de hoofddoelen van ZORG.tech. “Naast ons congres zijn dit studieavonden, opleidingen, sociale en culturele activiteiten. Dat waren steeds activiteiten met fysieke aanwezigheid. Door corona vielen die om diverse redenen weg. Niet alleen hadden onze leden het veel te druk met het nemen van passende maatregelen en het installeren van aangepaste infrastructuur, samenkomen werd, door de genomen regeringsmaatregelen, zelfs onmogelijk. Zo kwamen we al gauw uit bij online alternatieven.”

“Online vergaderen bespaart veel tijd”, stelt Leën. “In het digitale tijdperk is het wel gemakkelijker om vergaderingen te beleggen, maar gemakkelijker betekent niet noodzakelijk eenvoudiger. Voor je een goede online vergadering kunt houden, moet iedere deelnemer vertrouwd zijn met de hiervoor gekozen software en infrastructuur. Heel wat woonzorgcentra waren hiervoor niet klaar en beschikten slechts over beperkte hulpmiddelen om online te vergaderen.”

Ervaringen uitwisselen

“Het onderling uitwisselen van gegevens en ervaringen kwam zo in het gedrang. Bovendien pakt geen enkele zorginstelling graag uit met meldingen van besmettingen of overlijdens in eigen huis. Maar net door de contacten met andere leden van de vereniging beseften we dat we niet alléén stonden met de ernst van de impact van het COVID-19-virus. Er heeft, met respect voor de privacyregels, heel wat telefoonverkeer plaatsgevonden tussen de leden onderling”, weet Jackmaert. “De kennis die we zo opdeden, wilden we delen met al onze leden. Daarom hebben we op onze website (www.zorg.tech) een COVID-19-forum opgestart, waar leden met vragen en antwoorden terecht kunnen. Half oktober startten we met een reeks opleidingssessies via webinars.”

“Een groot nadeel van digitaal samenwerken is dat het sociale aspect, waaraan onze leden nood hebben, helemaal verdwijnt. ZORG.tech is er als vrijwilligersvereniging op gebaseerd dat netwerking merendeels samenvalt met fysieke contacten en aanwezigheid op locatie.”

Marc Jackmaert (57 jaar), Industrieel ingenieur, IHRH, Hasselt, Facilitair Directeur AZ Vesalius, Tongeren, Adjunct-Secretaris ZORG.tech.

Collegiale werking

Volgens Leën was de collegiale werking van ZORG.tech tijdens de eerste maanden van de pandemie veel belangrijker voor woonzorgcentra dan voor ziekenhuizen. “We voelden ons in de steek gelaten. Er heerste frustratie omdat de woonzorgcentra over veel minder technische hulpmiddelen en een veel kleinere bestaffing – virologen, labo’s, hygiënisten, … – beschikken dan ziekenhuizen. De hulp van collega’ inroepen was de boodschap.” Zowel in de ziekenhuizen als woonzorgcentra woog het gebrek aan persoonlijke beschermingsmiddelen zwaar door. “We hebben iedereen die mogelijk wat mondmaskers – in Nederland wordt hiervoor de term mondkapjes gebruikt – op overschot had aangeklampt, zoals schilders en algemene aannemers. Spontane mondmaskergiften, zelfs van particulieren, waren in het begin van de pandemie zelfs dagelijkse kost. Niet-essentiële bouwwerken werden toen meteen stopgezet. Toch vonden er enkele nijdige discussies plaats over wie prioriteit kreeg voor het gebruik van de toen nog beperkte stock mondmaskers.”

Beschermingsmiddelen

“In de woonzorgcentra was het essentieel paniekreacties te voorkomen en de motivatie van het personeel op peil te houden”, aldus Leën. “Dat was sterk het geval toen er discussies woedden over de kwaliteit en efficiëntie van de mondmaskers. Onze voorraad is toen flink aangevuld doordat iedereen die met een naaimachine overweg kon en over de nodige stof beschikte op een ambachtelijke manier mee maskers ging maken. Een technische school (www.siba.be) in de regio bood aan om voor ons een aantal face shields te maken. Dat aanbod hebben we graag aanvaard.”

Hij stipt ook aan dat zijn woonzorgcentrum er nooit toe is overgaan zijn residenten collectief kamerarrest te geven. “Maar door de lockdown mochten ze geen externe bezoekers ontvangen. Daarom hebben we zelfs de logistieke diensten ingeschakeld om sociale contacten met de bewoners te onderhouden.”

Aanbod

Als de nood het hoogst is, leert men zijn vrienden kennen. “De school was zeker geen alleenstaand geval”, merkt Jackmaert op. “Heel wat bedrijven waarmee we samenwerkten kwamen spontaan communicatiemiddelen aanbieden. Gsm-operatoren en leveranciers stelden smartphones en zorgtelefoons ter beschikking voor de bewoners van de woonzorgcentra. In ziekenhuizen werden onder meer iPads met open armen ontvangen.”

“We hebben de voorbije maanden niet alleen veel ervaring opgedaan in logistieke en organisatorische crisiswerking”, sluit Leën af. “Corona was ook reden om het bouwen van woonzorgcentra conceptueel te gaan herdenken. Gebouwen moeten zo ontworpen worden dat afdelingen of clusters kunnen worden afgesloten, zodat het niet nodig is ‘al’ de residenten op hun kamer af te zonderen.”

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details