‘Aandacht maakt alles mooier’, zegt een bekend meubelconcern. Maar hoe verenig je in de ziekenhuiszorg harde en zachte krachten? ‘Ontstenen, de-institutionaliseren en ontschotten’, nog meer technologie of praten met de patiënt? Of juist de architect de healing environment laten invullen op basis van evidence-based design? Is maakbaarheid een zaak van strakke regie of juist van polderen? Genoeg goede input, bleek op het 4e Wiegerinck-congres in Arnhem.
Congresorganisator Wiegerinck architectuur stedenbouw heeft een brede ervaring in het ontwerpen van ziekenhuizen met een menselijke maat (o.a. Tergooi, Slingeland) en laat niet na prikkelende discussies te openen over het onderwerp ‘aandacht’. Een huisvestingsadviseur, een nieuwbouwmanager, een hoogleraar psychologie, een medisch antropoloog en een architect mochten 13 november in de Arnhemse popzaal Luxor Live hun licht laten schijnen over de congrestitel: ‘Is menselijke aandacht vervangbaar?’. Een antwoord op deze gecompliceerde vraag kwam er niet, maar dat er op het gebied van onderzoek, ontwerppraktijk en zorgverlening veel over wordt nagedacht in zorgland Nederland bleek in ruime mate. Dagvoorzitter Frank Pörtzgen (architect-partner Wiegerinck) zette de toon met een anekdote over een afspraak bij een specialist met betrekking tot chronische gewrichtspijn, waarbij de laatste het advies gaf het lichaam zichzelf maar te doen genezen nadat hij geen diagnose had kunnen stellen. Een eyeopener voor patiënt Pörtzgen. Focussen wij in de zorg niet teveel op diagnose en behandeling? En is zinvolle menselijke aandacht vaak niet meer dan een extraatje?
‘Harde’ ziekenhuiscultuur
Het antwoord is ‘ja’, maar dat zou anders moeten, zegt medisch antropoloog Klaartje Klaver. Zij promoveerde in 2016 aan de Tilburg University met ‘Dynamics of attentiveness in care practices at a Dutch oncology ward’. Het begrip ‘aandacht’ werd onderzocht op meerdere factoren vanuit de praktijk van oncologische zorg in het Tilburgse St. Elisabeth Ziekenhuis. Niet alleen moest het gaan over de instrumentele betekenis van aandacht, zoals het tijdig innemen van medicijnen, ook moest er oog zijn voor de sociale component, aandacht die geen duidelijk klinisch resultaat beoogt. Klaver ging ‘embedded’ mee met medici en verzorgers, en constateerde dat ziekenhuiszorg volledig is gericht op diagnose en behandeling, niet op dat laatste stukje menselijke aandacht. De onderzoeker had een moeilijke taak: “Ik werd als indringer gezien, maar zag als buitenstaander al snel dat het moeilijk is aan de harde ziekenhuispraktijk te ontkomen.” Klaver zag ook dat patiënten zichtbaar opknapten wanneer er tijd was voor een praatje, en richt haar aanbevelingen dan ook op sociale processen in de organisatie van ziekenhuiszorg. “Managers, beleidsmakers en opleiders kunnen daarin een belangrijke rol vervullen.”
Gerton Groenendijk legt uit hoe het Slingeland Ziekenhuis de nieuwbouwtransitie organisatorisch vormgeeft.
Monitoring op afstand
Bert Jan Grevink van PTG Advies ziet verschillende maatschappelijke, beleidsmatige en technologische veranderingen op de ziekenhuiszorg afkomen, alsmede een gebrek aan regie waardoor het moeilijk is keuzes te maken. “Daardoor ligt de implementatiesnelheid van veranderingen laag.” Zowel vraag als aanbod veranderen. “De financiële middelen krimpen, er zijn minder mensen beschikbaar en de bevolking vergrijst. Behandeling verschuift naar eerstelijnszorg; tegelijkertijd is technologie tot veel in staat, zoals monitoring op afstand.” Met dat laatste heeft het Doetinchemse Slingeland Ziekenhuis inmiddels ervaring; het is zelfs onderdeel van het nieuwbouwproces. Wiegerinck ontwerpt een in 2024 op te leveren nieuw, compacter ziekenhuis in het groen en bij nieuwbouw hoort organisatieverandering, zegt transitiedirecteur Nieuwbouw Gerton Groenendijk. “Thuiszorg neemt ziekenhuiszorg over in de Achterhoek, en daarbij past een kleiner ziekenhuis. Wij investeren in ICT, niet in stenen.” Een pilotproject in samenwerking met zorginnovatiebedrijf FocusCura, Menzis en Sensire resulteerde in behandeling op afstand van patiënten met hartfalen/COPD. Die geven dagelijks hun gegevens door aan het ziekenhuis en communiceren met medewerkers via ‘slimme’ apps. “De meerderheid van de patiënten ziet dit als een vooruitgang”, zegt Groenendijk.
Chemotuin
Er ontstaan zelfs app-groepjes die harmonica spelen, toen dit bewees voor een betere ademhaling te zorgen. “Mooie bijvangst”, aldus Groenendijk. Monitoring op afstand mag de omzet van ziekenhuizen evenwel niet afromen. “Er zijn daarover afspraken gemaakt met zorgverzekeraars.” Na een intermezzo van hoogleraar Psychologie en ‘vreemde eend in de bijt’ Stefan van der Stigchel, die met DWDD-allure de subjectiviteit van het begrip ‘aandacht’ blootlegde, was de beurt aan Wiegerinck-architect Jörn-Ole Stellmann. Hij vatte de ontwikkeling van de harde en zachte krachten in de ziekenhuisbouw historisch samen. “De oude Grieken en Perzen bouwden al ziekenhuizen vanuit het holistische uitgangspunt dat de patiënt zich prettig moet voelen in zijn omgeving.” De ontwikkelingen van de medische wetenschap hebben ertoe geleid dat ziekenhuizen volumineuze ‘fabrieken van vooruitgang’ werden en ook zo zijn ontworpen, “denk aan de naoorlogse ziekenhuisbouw. Nu groeien wij weer terug naar de implementatie van de zachte met de harde krachten.” Stellmann geeft de Chemotuin van het Hilversumse Tergooi, een houten dagbehandelingspaviljoen in het groen, als lichtend voorbeeld. “Welbevinden leidt tot sneller herstel”, zei tuinarchitect Nico Wissing vanuit de zaal in de nabespreking. Dat de sociale component van zorgverlening meer aandacht verdient, daarover was iedereen het eens. Wie neemt de regie?
Tekst | Jan-Kees Verschuure Beeld | Wiegerinck Symposium