Platform over bouw en ontwikkeling in de zorg in Vlaanderen en Nederland
Jan Claesen, technisch directeur van AZ Sint-Maarten in Mechelen:

Jan Claesen, technisch directeur van AZ Sint-Maarten in Mechelen:

BIM is anno 2021 goed en wel ingeburgerd in het bouwwezen, maar tien à vijftien jaar geleden was dat nog een verre, irreële droom. Het project dat in België de weg bereidde, is AZ Sint-Maarten in Mechelen, dat op 15 oktober 2018 de deuren opende. Een kleine tweeënhalf jaar na datum haalt technisch directeur Jan Claesen herinneringen op aan de pioniersjaren en legt hij ons uit hoe BIM ook bij de exploitatie van het nieuwe ziekenhuis zijn nut bewijst: “Het is nu al duidelijk dat we het leergeld van weleer ruimschoots zullen terugverdienen.”

BIM-visualisatie van AZ Sint-Maarten.

Wanneer zijn jullie destijds voor het eerst in contact gekomen met BIM? Hoe is het idee ontstaan om het toe te passen bij het ontwerp, de realisatie en de exploitatie van AZ Sint-Maarten?

“AZ Sint-Maarten was een project van 350 miljoen euro. We beseften maar al te goed dat het een enorme uitdaging zou worden om zo’n
gigantisch complex binnen de beoogde timing en het vooropgestelde budget te realiseren. Niemand was vertrouwd met het grootschalige karakter van die opdracht, en dus ging ik op zoek naar een projectbeheer en -managementtool die ons kon helpen om het overzicht te bewaren en alles ‘behapbaar’ te houden. Zo hoopten we onaangename verrassingen op het vlak van planning, budgetbeheer, communicatie en coördinatie al in een vroeg stadium te kunnen detecteren en verhelpen – lees: reeds in de voorbereidingsfase, zodat we tijdens de uitvoering alles op een rijtje zouden hebben. Bovendien wilden we zo vermijden dat er ‘en cours de route’ cruciale informatie verloren ging. Documenten die kwijtraken, mensen die van functie veranderen, …: het zijn banale euvels die een grote impact kunnen hebben, dus daar wilden we op anticiperen. Ook met het oog op de exploitatie. Na een zoektocht op het internet, een tip van onze softwareleverancier Autodesk en een rondvraag in academische en architecturale kringen kwam BIM naar voren als ‘deux ex machina’, die in Nederland en Frankrijk al veelbelovende resultaten had opgeleverd. Zo is de bal dus aan het rollen gegaan.”

BIM was op dat moment nog toekomstmuziek in België. Moesten jullie afrekenen met zogeheten ‘kinderziektes’?

“Uiteraard, dat was onvermijdelijk. Precedenten waren er vijftien jaar geleden niet in ons land, dus zowel wij als de architect en de betrokken studiebureaus beseften aanvankelijk nog niet ten volle wat het allemaal zou inhouden. Enerzijds botsten we op technologische beperkingen zoals onaangepaste software en een te beperkte capaciteit en rekensnelheid van computers, anderzijds vertrokken we qua structuur en werkwijze van een wit blad. We zijn omstreeks 2008 samen met VK Architects & Engineers naar Nederland getrokken om twee mooie cases te bestuderen en ‘good practices’ te vergaren. Dat gaf ons een boost, want daaruit bleek dat het wel degelijk haalbaar was om een ziekenhuis van 100.000 m² te realiseren met behulp van BIM. We besloten er dan ook resoluut voor te gaan en de BIM-methodiek vanaf de ontwerpfase te implementeren in ons project, gekoppeld aan de BouwData-werkmethodiek van Peggy Bovens (PB calc & consult) om het budget onder controle te houden.”

Jan Claesen: “De keuze voor BIM heeft binnen het projectteam voor eensgezindheid, engagement en een vlotte samenwerking gezorgd.”

Wat is in jullie ogen de belangrijkste meerwaarde van BIM geweest bij de realisatie van het nieuwe ziekenhuis?

“Niet alleen de gebruikelijke clashcontroles en bijbehorende praktische en financiële voordelen, maar zeker ook de openheid en transparantie die we via het gezamenlijke BIM-model konden garanderen. De traditionele beschrijvingen, lastenboeken en meetstaten waren nog niet gekoppeld aan BIM – dat was op dat moment een stap te ver – maar geïnteresseerde aannemers kregen wel inzicht in de (voorlopige) opbouw, de manier waarop de calculaties gebeurd waren, enzovoort. Dat was voor hen een enorme meerwaarde, onder meer op het vlak van risico-inschatting. Al nam dat natuurlijk niet weg dat ze nog steeds informatie moesten toevoegen of aanpassingen moesten doorvoeren om het BIM-model ‘matuur’ te maken voor uitvoering. Dat ging onvermijdelijk gepaard met een intensief leertraject, maar eens dat achter de rug was, heeft de BIM-methodiek ook voor hen echt wel zijn vruchten afgeworpen (planning opmaken, hoeveelheden deduceren, clashes met technieken oplossen, …). Alle belangrijke knopen werden in de voorbereidingsfase doorgehakt, zodat we ons tijdens de uitvoering niet meer door dagelijkse discussies en overlegmomenten hoefden te worstelen. Qua doorlooptijd, efficiëntie en faalkost- en afvalreductie (makkelijk 10 à 15%) heeft dat een gigantisch verschil gemaakt. Tot slot heeft de keuze voor BIM ook voor eensgezindheid, engagement en een vlotte samenwerking gezorgd. Het was voor alle bouwpartners een sprong in het diepe en dat schepte duidelijk een band. Hoe moeilijk het soms ook was: er hing altijd een positieve dynamiek rond het project. Van officiële klachten of betwistingen was geen sprake. Als je weet hoe complex en vooruitstrevend de realisatie van AZ Sint-Maarten was, mag dat gerust een huzarenstuk genoemd worden.”

Zijn er zaken die jullie achteraf bekeken anders zouden aanpakken? Hebben jullie bepaalde lessen getrokken?

“Jazeker, met de huidige kennis van zaken zouden we ons veel meer focussen op de vijftigjarige exploitatie en zouden we de informatie in het BIM-model nog efficiënter proberen te gebruiken. Gezien ons toenmalige gebrek aan ervaring hebben we de architect en studiebureaus destijds geen vaste structuur opgelegd, waardoor iedereen naar best vermogen gegevens heeft geïnjecteerd in het model. Maar wat op dat moment voor bepaalde bouwpartners opportuun was, is niet altijd wat we nu in exploitatie nodig hebben.      ❯
Als bouwheer zouden we dus duidelijkere ‘spelregels’ uitwerken en zeer concrete minimumeisen opleggen: hoe worden schilderwerken aangegeven in het model, wordt er onderscheid gemaakt tussen verschillende soorten deuren, kunnen we kranen en ‘afsluiters’ makkelijk oplijsten in hoeveelheden, …? Dit alles om het latere onderhoud en technische interventies aanzienlijk te vergemakkelijken. Bij de bouw van de nieuwe jeugd- en kinderpsychiatrie op onze site, waarbij we opnieuw de BIM-kaart zullen trekken, willen we die kans geen tweede keer missen!”

Jullie hebben intussen twee jaar exploitatie achter de rug. Hoe nuttig is BIM voor de dagelijkse werking van het nieuwe ziekenhuis?

“Zeer nuttig! Minder dan een jaar na opening beschikten we over een operationele, up-to-date planning voor facilitair en technisch onderhoud en een financiële meerjarenplanning, gebaseerd op het BIM-model, waar we sindsdien elke dag mee werken. In plaats van allerlei gegevens te moeten verzamelen in functie van onderhoud, documentatie, enzovoort, deduceren we alles via enkele muisklikken uit het BIM-model. En als er technische of structurele aanpassingen of verbouwingen nodig zijn, kunnen we terugvallen en voortbouwen op handige as-builtmodellen. Qua tijdswinst en efficiëntie is dat een wereld van verschil. Het is nu al duidelijk dat we het leergeld van weleer ruimschoots zullen terugverdienen, onder meer omdat het ziekenhuis veel beter te ‘managen’ is. Dankzij BIM kunnen we alles in goede banen leiden met een beperkte technische equipe, terwijl ik anders minstens twee extra werknemers nodig zou hebben voor de projectwerking.”

De realisatie van AZ Sint-Maarten was een klinkend succes. Heb je het gevoel dat het als een voorbeeldproject op het vlak van BIM beschouwd wordt?

“Jazeker, onder meer omdat we het meteen op alle disciplines hebben toegepast (architectuur, technieken, voltooiing, …). We worden regelmatig geconsulteerd door binnen- én buitenlandse personen en partijen die zich afvragen hoe we het precies hebben aangepakt, wat de pro’s en contra’s zijn, welke zaken ze zeker in rekening zouden moeten brengen, …. Ik ben ervan overtuigd dat ons project er mee voor heeft gezorgd dat BIM intussen gemeengoed is en zelfs bijna als een standaard beschouwd wordt. Een vaststelling waar ik zeer blij mee ben, want ik vond het ook wel onze taak om iets ‘terug te geven’ aan de maatschappij in ruil voor de steun die we van de overheid gekregen hebben om ons project te kunnen realiseren. Ik denk dat we daar zeker in geslaagd zijn!”  

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details